ARK Natuurontwikkeling heeft een ontwerpwedstrijd georganiseerd om een nieuw leembos met maximale biodiversiteit te creëren op een perceel landbouwgrond van ongeveer 12 ha in Schijndel. Het projectgebied genaamd Hooge Beek sluit aan op het leembossencomplex van De Geelders.
Het winnende ontwerp “Waterwoud” van Bureau van Nierop was een van de acht inzendingen. Het is gemaakt door Jac Hendriks, Guido Posthuma, Eric Schippers en Koen van Tongeren. Volgens de jury benut dit ontwerp de potentie van Hooge Beek het meest. Dit is terug te zien in de ruimte die het ontwerp biedt voor onder meer spontane bosontwikkeling, een goede waterberging en een Beeksche Waterloop die het waterecosysteem in stand houdt. Dit alles leidt ertoe dat het ‘Waterwoud’ een veelbelovende aanzet geeft voor een nieuw, nat bos waar het ook goed toeven is voor (zeldzame) dieren en planten. De jury werd blij van de inzet die is gedaan om het gebied te doorgronden. Zo zijn er bodemboringen gedaan om te kijken wat er onder de voeten zit en zijn interessante GIS-analyses gemaakt.
Het ontwerp gaat uit van ‘de natuur haar gang laten gaan’ met interessante voorstellen om die natuurlijke processen sneller op gang te brengen. Zoals bijvoorbeeld herstel van de leemlaag in de bodem en het dichten van greppels.” Een echt pluspunt is volgens de jury de visie op de Beeksche Waterloop: de beek maakt in het ontwerp integraal onderdeel uit van het bos.
In de visie wordt het volgende toekomstbeeld geschetst:
Het bos bestaat uit een kleinschalige menging van inheemse boomsoorten van verschillende leeftijden. Oude dikke bomen, waarin spechten hun nestholtes maken, zijn volop aanwezig. Hoge bomen bieden nestgelegenheid aan de Wespendief. Er wordt niet geoogst en de bomen bereiken hun natuurlijke maximale leeftijd. Er is een goed ontwikkelde soortenrijke struiklaag die overal schaduw geeft op de bodem. De kruidlaag bestaat uit de voorjaarsflora die kenmerkend is voor leembossen met onder andere Bosanemoon, Slanke Sleutelbloem, Eenbes en Bleeksporig Bosviooltje. Brandnetels en bramen komen slecht sporadisch voor vanwege de schaduwrijke omstandigheden. Houtsnippen broeden in het vochtige bos op rustige plekjes.
Er vindt in het bos geen oppervlakkige afvoer van water plaats. Alle neerslag wordt vastgehouden en ter plekke geïnfiltreerd (klimaatbuffer). In de winter vindt toestroom plaats van grondwater vanuit het omringende inzijggebied. De Beekse Waterloop aan de westzijde volgt het historische tracé aan de rand van de middeleeuwse kamp van Achterste Hermalen. Het water wordt beschaduwd door de bosrand en blijft ’s zomers koel. Hout in de beek zorgt voor constante verschillen in stroming, waardoor een habitat aanwezig is voor Bosbeekjuffers. Bij een zeer grote wateraanvoer door extreme regenval kan de beek overstromen en fungeert het projectgebied als een waterberging.
Het toekomstbeeld kan bereikt worden zonder inrichtingsmaatregelen door het toestaan van een spontane ontwikkeling op de braakliggende akkers. Het kan dan echter wel vele eeuwen duren, tot duizend jaar aan toe, voordat de volledige mix van boomsoorten en bosstructuren aanwezig is. Door een sterke beginsituatie te creëren waarbij alle potenties aanwezig zijn (soorten, reliëf), kan er binnen 50 jaar al een situatie ontstaan die veel aspecten van het eindbeeld omvat. Door een groot aantal boomsoorten aan te planten worden de uiteindelijke verhoudingen tussen de soorten op natuurlijke wijze bepaald. Door slim aan te planten krijgen ook soorten die niet concurrentiekrachtig zijn in een pioniersituatie de kans om uit te groeien tot een volwassen boom.
Onderwerpen uit het ontwerp: